Master Ozinga In het blad ‘Fen Fryske Groun’ van 13 augustus 1937
vinden we een artikel over ‘Gaast in Wonseradeel’ Een Prins van Edel bloed kwam uit
Lippe Biesterfeld.
Meester Ozinga was nogal Oranjegezind
en dat kunnen we ook lezen in het verhaal uit de ´Fen Fryske Groun´
en er werd hoog opgegeven van Gaast en de
Gaasters. Na hem kwam meester Bakker( de
schrijver van de oorlogs-revue: ‘Lyts doarp yn rűzige
tiid’). Wat niet veranderde was de
vaderlandsliefde, maar de kinderen moesten wel leren omstaan.
Foto: Meester Ozinga omringd
door een aantal leerlingen. Links onder met
gestreepte stropdas Willem Hengst.
Hieronder het artikel uit de
Fryske Groun in de taal van meester Ozinga. Gaast in
Wonseradeel Wanneer we op een zomersche middag peddelen van Harlingen
langs de zeedijk, voorbij de ‘Steenen Man’, de afsluitdijk langs over
Makkum, dan komen we in het dorp Gaast, gelegen in de gemeente
Wonseradeel. ’t Ligt als ’t ware vooruitgeschoven in de voormalige
Zuiderzee, thans IJselmeer, waar de dijk zich plotseling ombuigt. Ook al
tengevolge van de geringe hoogte der torenspitsen achter de betrekkelijk
hooge dijk, lijkt ’t dorp onvindbaar, doch zie, na de laatste kromming
doemt ’t voor ons op. We gaan voorbij ’t nette gebouw van het waterschap
‘Wonseradeels Zuiderzeedijken’ en rijden het hek binnen, dat toegang
verschaft tot het oude dorp. “Moeten wij door een hek, om in het dorp te komen?” vraagt U.
Ja, zeker, geachte lezer, want ’s zomers graast het vee op de zeedijk, en
niemand der dorpsbewoners is op bezoek gesteld van de herkauwers, die hun
sporen achterlaten in de keurig verzorgde bloembedden. Nauw is de straat
en oud zijn de huizen. De laatste staan schots en scheef door elkaar; ’t
eene dient vaak ’t andere tot steun. De
vriendelijke bewoners geven U gaarne alle inlichtingen over de
geschiedenis van hun dorp. De jeugd staat U niet aan te gapen. Ze gaat
vrolijk met haar spel door. De
geschiedenis van ’t dorp is voor de bewoners ook de geschiedenis der zee.
Daar zijn ze in hun element, van kindsbeen af. Hoe menig schipbreukeling,
die in doodsgevaar verkeerde, is met levensgevaar gered! De Noord- en
Zuidhollandsche Reddingsmaatschappij heeft ’t aangevoeld. Immers de
reddingsboot dier maatschappij is er
gestationneerd. Men
heeft ze moeten zien uitvaren bij storm, de stoere mannen in de boot,
voorzien van oliepak, zuidwester en reddingsgordels, worstelend met de
golven, bedreigd door de
kaken des doods! Alles om een menschenleven van een wissen dood te redden.
Ze surveilleeren in storm en regen op de dijk, bij dag en nacht, om te
zien, of een vaartuig in nood verkeert. Beroepsvisschers vindt men niet
vele in ’t oude dorp. Hoe geheel anders dan vroeger! Het is niet onmogelijk, dat in vroeger eeuwen
hier walvischvaarders gewoond hebben. Een gevelsteen in een der oude muren
wijst hier op. Voor den vreemdeling is deze een bezoek
waard. Op
meer dan één wijze blijkt, dat de kunst van visschen hun aangeboren is.
Zelfs kinderen weten bot of schol te verschalken. Bij ebbe, als de zee op
een mooie zomeravond effen is als een spiegel, weten ze genoemde visschen
onder een zandlaag weggedoken, te grijpen, hetgeen voor geen geboren
Gaaster een onmogelijkheid blijkt te
zijn. Sedert
de afsluitdijk Friesland met Holland verbindt, is helaas, de visscherij
achteruit gegaan. De Zuiderzee is IJselmeer geworden. Eb en vloed zijn
niet meer waarneembaar. Bij vloed kwam de visch aanzwemmen, bij eb vertrok
ze en de visschers wisten een goede slag te slaan. Jammer, dat alles nu
zoo geheel anders is geworden. Als straks ’t meer ten volle een
zoetwatermeer geworden is, moge de hoop gekoesterd worden, dat de
vischvangst zich in z’n vorige luister mag herstellen. De nijvere visscher
is ’t ten volle waard! De groote droge plekken, die voorheen onder water
stonden, zijn nu des zomers broedplaatsen van vogels geworden, wier
duizenden eieren te aanschouwen een lust der oogen
is. De
gulle en hartelijke bevolking van het dorp is in hart en nieren
Oranje-gezind. Neem maar eens een kijkje op ’n Oranjefeest. ’t Heele dorp
viert feest; alle bedrijven staan stil, zelfs ’t zoemend geluid van den
graanmolen zwijgt. Ook bij ’t huwelijk onzer Kroonprinses bleek dit nog
zeer duidelijk. ’t Geheele dorp was in vlaggentooi, waardoor het zijn
liefde en aanhankelijkheid tot uiting
bracht. A.Ozinga. PS. Waar de graanmolen heeft gestaan is niet duidelijk, maar
het kan ook fantasie
zijn. |
Histoarysk Wurkferbân Wűnseradiel |