Auteur Theo Terpstra
Er zijn in Wons 2 herbergen geweest. De oudste herberg stond op wat nu Salverdastraat 11 is en wordt in een akte van 1835 aangeduid als "Het Wapen van Wonseradeel". De andere herberg werd pas rond 1866 geopend en stond aan de Weersterweg nr. 10.
De herberg op de locatie Salverdastraat 11 bestond in ieder geval in 1764, maar waarschijnlijk al veel langer. De grond waarop de herberg staat is dan eigendom van de kerk van Wons. Die ontvangt daarvoor jaarlijks 7½ stuiver grondpacht van de eigenaar van de herberg.
In de periode 1764 – 1777 ontvangt de kerk de grondpacht van de herberg van Durk Pijters. Er woont in die periode overigens geen Durk Pijtters in Wons. Tjeerd Watses is in die jaren de herbergier en Durk Pijtters waarschijnlijk de eigenaar. Tjeerd, die hier al in 1749 woont, zal niet van de inkomsten van de herberg hebben kunnen leven, waarschijnlijk is hij het merendeel van zijn tijd werkzaam als boerenarbeider.
In 1778 nemen Freerk Eebles Reen en zijn vrouw Antie Ziedses het herbergierschap over. Zij blijven hier tot 1797. Dan neemt Hans Rimmert Schaafsma het over.
Ook voor Hans geldt dat het herbergierschap een nevenactiviteit is, zijn beroep is timmerman. De kerk ontvangt tot in ieder geval 1845 de 7½ stuiver grondpagt van hem. Op 20 oktober 1835 verkoopt zoon Rimmert Hanses Schaafsma dit huis met herberg voor fl. 1.300,- aan Sijbren Lambertus IJntema te Wons. Voor hem is het een belegging. Via vererving komt de eigendom van de herberg in 1893 in handen van Broer Aukes de Witte.
In 1844 vertrekt de timmerman/herbergier Rimmert H. Schaafsma naar Makkum. Douwe J. Politiek volgt hem op als herbergier. Op 12 mei 1850 verlaat Douwe de herberg/boerderij aan de Salverdastraat.
In de periode 1857 – 1862 is Harmen Wiebes Tilstra herbergier/kastelein op "Het Wapen van Wonseradeel". In 1862 vertrekt Harmen Wiebes Tilstra. Lolle Freerks Weerstra betrekt nu de herberg. Volgens de belastingaanslagen kent Wons tot 1867 geen herbergier/kastelein meer. In werkelijkheid is Lolle wel degelijk nog herbergier, maar ook nu is het herbergierschap een nevenberoep: Lolle’s hoofdberoep is winkelier.
In deze periode zijn kerkeraad en kerkvoogden waarschijnlijk niet zo tevreden over de wijze waarop de herberg aan de Salverdastraat wordt beheerd. Zij besluiten het woonhuis met timmerschuur en winkel aan de Weersterweg te laten verbouwen tot herberg en te voorzien van een doorreed. Voor de toekomstige pachters van de nieuwe herberg gaan strenge regels gelden over de toegestane activiteiten. Er zijn nu twee herbergen in Wons.
Ook ‘het Wapen van Wonseradeel’ gaat verbouwen. Op 3 maart 1868 verschijnt een bericht in Leeuwarder Courant waarin de herberg ‘het Wapen van Wonseradeel’ met nieuw gebouwde stalling en doorreed, op dat moment bij Lolle Weerstra in huur, voor 3 jaar kan worden gehuurd, en wel van mei 1868 – 1871. Een doorreed of 'trochreed' is een doorrijdstal waarin de gasten overdekt in- en uit kunnen stappen.
Het ‘Wapen van Wonseradeel’ wordt vanaf mei 1868 verhuurd aan Rinze Douwes Reitsma, die hier blijft tot 1872.
Latere bewoners:
• Wiebe Douwes Tilstra (1972-1874)
• Lourens de Boer (1874-1877)
• Sijbren Aukes de Witte (1877-1879)
• Pieter Everts Gelder (1879-1881)
• Siebe Postma (1881-1884)
• Feike Siegers Hamstra (1884-1913)
Volgens de genealogie van de familie Tilstra zou “Het wapen van Wonseradeel” nog tot 1910 de functie van herberg hebben gehad.
Van de jaren na 1920 is bij mij weinig bekend. In 1928 woonde hier Klaas Haitsma en in mijn jeugd, zo rond 1970 woonde hier een familie De Boer. In het huis daarnaast, Salverdastraat 7, woonde mijn pake van moederskant Taekele Westra. Maar er zijn vast wel lezers die hier meer van weten.